Op 1 januari 2011 is de Werkkostenregeling (WKR) ingevoerd. Per 1 januari 2015 stopt de overgangsregeling en moet iedere werkgever zijn ‘overgestapt’. Maar gaat dat wel lukken?

Op basis van de WKR kunnen werkgevers aan werknemers vergoedingen geven en verstrekkingen doen binnen een forfaitaire ruimte van 1,5% van de totale loonsom. Wij zitten nu in de periode van de overgangsregeling. Tot 1 januari 2015 mag ook nog gebruik gemaakt worden van het “oude systeem van vrije vergoedingen en verstrekkingen”. Vanwege de grote impact en verwachte uitvoeringsproblemen, is in de afgelopen jaren steeds discussie geweest over de vraag of invoering van de WKR als de enige mogelijke methode van “onkostenvergoeding” per 1 januari 2015 wel door moet gaan. De invoeringsdatum (of beter: de einddatum van de overgangsregeling) is eerder al eens uitgesteld.

Op 7 april 2014 publiceerde het Fiscaal Economisch Instituut (FEI) van de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) een onderzoeksrapport {link} waarin opnieuw voor uitstel wordt gepleit. De onderzoekers memoreren een scala aan problemen in het nieuwe systeem. Vooral voor midden- en kleinbedrijf zijn er veel nadelen.

Of uitstel nog een keer gaat plaatsvinden, is echter zeer de vraag. Vooralsnog wordt er vanuit het Ministerie van Financiën nog altijd stevig vastgehouden aan de genoemde datum van 1 januari 2015, zonder dat noemenswaardige wijzigingen in de regeling worden voorzien. Het zou goed kunnen dat daar binnenkort meer duidelijkheid over komt in de vorm van een brief aan de Tweede Kamer. Wij berichten u daarover dan natuurlijk.

 

Attentie: relatie WKR en WWZ

De ontwikkelingen rond de invoering van de WKR zijn ook belangrijk in het kader van het wetsvoorstel Werk en Zekerheid (WWZ). Immers, de WWZ noodzaakt onherroepelijk tot aanpassing van arbeidsvoorwaarden en arbeidsovereenkomsten. Hetzelfde geldt voor de WKR. Deze aanpassingen kunnen het beste in één keer in een goed wijzigingstraject worden doorgevoerd, zeker wanneer een onderneming te maken heeft met een ondernemingsraad (OR) of personeelsvertegenwoordiging (PVT) met bijkomende instemmingsrechten.

Vragen naar aanleiding van dit bericht? Neem gerust contact met ons op.

Deel deze publicatie via
Terug naar het overzicht